Reacties uitgeschakeld voor Partijen omarmen start woningbouw in Zuidplas
Met aanvullende maatregelen is de bouw van woningbouwproject Cortelande in gemeente Zuidplas mogelijk. Alle betrokken partijen zijn het daarover eens. Dat blijkt uit het eindadvies ‘Het Kan’ van onafhankelijk adviseur Wim Kuijken, opgesteld namens de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. Dit advies vormt nu de basis om tot bestuurlijke afspraken te komen.
Herstel van vertrouwen
Cortelande is al lange tijd in beeld voor woningbouw. Met de bouw van het nieuwe dorp Cortelande zijn 8.000 woningen en twee nieuwe bedrijfsterreinen gemoeid. Dhr. Kuijken was aangesteld om het vertrouwen te herstellen tussen de verschillende stakeholders. Rijkswaterstaat, het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard hadden hun zorgen geuit over de waterhuishouding, bodemkwaliteit en mobiliteit. Na een intensief traject hierover zijn deze partijen gekomen tot een maatregelenpakket. Daarmee is het vertrouwen hersteld.
Concrete maatregelen
Gemeente Zuidplas, de provincie Zuid-Holland, het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, grondeigenaren en het Rijk hebben gezamenlijk gewerkt aan concrete maatregelen op het gebied van mobiliteit, water, bodem en financiering. Alle partijen onderschrijven het pakket en hebben de intentie deze de komende maanden bestuurlijk vast te leggen, zodat de besluitvorming kan worden afgerond. De eerste fase – goed voor ruim 2.500 woningen – kan in 2028 van de grond komen.
Vervolg en afronding
Dhr. Kuijken blijft als adviseur betrokken totdat alle afspraken formeel worden vastgelegd en een duurzame uitvoeringsorganisatie kan worden ingericht. Daarmee komt de realisatie van het nieuwe dorp Cortelande in de gemeente Zuidplas snel dichterbij.
Reacties uitgeschakeld voor Zicht op Zuid-Hollandse icoonsoorten
De provincie Zuid-Holland heeft een rapport laten opstellen over de 40 icoonsoorten. Dit zijn plant- en diersoorten die kenmerkend zijn voor de landschappen in Zuid-Holland. Door te werken aan versterking van de leefgebieden van deze soorten, helpen we om deze soorten te behouden.
De resultaten van het onderzoek beschrijven per soort hoe het gaat met de aantallen, wat de bedreigingen en kansen voor de soort zijn en welke maatregelen helpen bij het behoud of herstel van de soort. Met deze uitkomsten kan de provincie gericht werken aan natuurherstel en -ontwikkeling. Arno Bonte, gedeputeerde Natuur, geeft aan dat: “Een otter of grutto vertelt ons hoe gezond onze leefomgeving werkelijk is. Zij zijn de ambassadeurs van het landschap, waar zij leven floreert de natuur.”
Landschappen hebben hun eigen kansen en uitdagingen
De 40 soorten en hun leefgebieden in Zuid-Holland worden ingedeeld per landschapstype waar hun leefgebied voornamelijk te vinden is: rivieren, moerassen, steden, boerenland, duinen of zeearmen.
Soorten als de zeearend, bever, otter, dotterbloem en purperreiger hebben baat bij gezonde rivieren en moeraslandschappen. Voor rivieren en moerassen blijft het verbeteren van de waterkwaliteit een belangrijke maatregel, net als het herstel van natuurlijke waterstromen en -peilen en de aanleg van natuurvriendelijke oevers.
Stedelijk gebied
In de steden is de opgave vooral om natuur een plek te blijven geven. Een groene omgeving en gezonde biodiversiteit dragen niet alleen bij aan de soorten, maar ook aan het welzijn van inwoners. Maatregelen in het stedelijk gebied zijn vaak relatief klein, maar leveren een belangrijke bijdrage voor soorten als de huismus, weidehommel, meervleermuis en egel. Het gaat om het aanbieden van nestgelegenheid, het stimuleren van groene tuinen en plantsoenen en het planten van inheemse struiken en kruiden.
Landelijk gebied
In het boerenland leven veel verschillende icoonsoorten. De agrarische gebieden zijn een belangrijk leefgebied voor soorten als de grutto, patrijs, rietorchis, steenuil en argusvlinder. Vernatting, meer variatie en natuurvriendelijke oevers kunnen in veel gevallen helpen het leefgebied van deze soorten te versterken.
Duingebied
De duinen en zeearmen in Zuid-Holland staan vooral onder druk door de toenemende verdroging en recreatie. Ook wordt de migratie van vissen beperkt door de aanleg van dijken, sluizen en gemalen. Maatregelen in het duingebied zijn de aanleg van poelen en natte valleien, die de rugstreeppad en groenknolorchis gaan helpen. Maar ook het herstel van graslanden is gunstig voor soorten als de heivlinder en de zandhagedis. Voor de zeearmen is het vooral belangrijk dat er rust- en foerageergebieden komen zonder recreatie en visserij. De bruinvis, gewone zeehond, kluut en grote stern kunnen daarvan profiteren.
Icoonsoorten
De provincie werkt aan het behoud van plant- en diersoorten door natuurgebieden aan te wijzen en te beschermen, soorten te beschermen door wet- en regelgeving in het omgevingsbeleid en door ook buiten natuurgebieden leefgebieden van icoonsoorten te versterken. Bijvoorbeeld door het openstellen van subsidieregelingen voor versterking van het leefgebied van icoonsoorten in het landelijk en stedelijk gebied.
Reacties uitgeschakeld voor Opletten en snelheid aanpassen voor overstekend wild
Als de wintertijd ingaat en de klok eind oktober een uur wordt teruggezet zien we een toename van het aantal aanrijdingen met dieren, waaronder vooral reeën. Daarom start de provincie Zuid-Holland eind oktober met een voorlichtings- en alertheidscampagne voor weggebruikers om aanrijdingen met dieren te beperken.
De populatie reeën in Zuid-Holland is de afgelopen jaren gegroeid van ruim 2.000 reeën in 2019 naar ruim 3.000 in 2025. Daardoor komen reeën op steeds meer plekken voor in Zuid-Holland. Ook daar waar deze dieren eerder niet leefden. Het gevolg is dat het aantal aanrijdingen ook flink toeneemt. In 2024 ging het om meer dan 250 aanrijdingen met reeën. Ook bevers en damherten komen in botsing met wegverkeer.
Snelheid verminderen
Het is belangrijk dat weggebruikers hun rijgedrag aanpassen door snelheid te verminderen. Bij een maximale snelheid van 60 km per uur heeft een dier kans om een auto of ander voertuig te ontwijken. Een aanrijding met overstekend wild is ingrijpend voor zowel het dier als de weggebruiker.
Toename aanrijdingen
Als eind oktober de wintertijd ingaat en de klok een uur wordt teruggezet, zien we een toename van het aantal aanrijdingen. Dieren hebben tijd nodig om zich aan te passen aan onze activiteiten. Daarom start de campagne bewust in het najaar. Met de voorlichtings- en alertheidscampagne roept de provincie op om extra op te letten en de snelheid aan te passen.
Risico gebieden
De meeste aanrijdingen vinden plaats in de Duin- en Bollenstreek, Goeree Overflakkee, Hoeksche Waard, Voorne, Putten, Alblasserwaard, Krimpenerwaard, Omgeving Dordrecht en het havengebied van Rotterdam. Wanneer een populatie reeën zich uitbreidt kunnen de dieren gaan zwerven. Deze reeën zie je daarom ook opduiken op het eiland IJsselmonde, in de zoom van de Oude Maas en in het gebied rondom de Reeuwijkse Plassen en Nieuwkoopse Plassen.
Reacties uitgeschakeld voor Definitief Ontwerp Boijmans Van Beuningen markeert gezamenlijke stap richting heropening
Met het Definitieve Ontwerp voor de renovatie van Museum Boijmans Van Beuningen zetten gemeente Rotterdam, het museum en Mecanoo architecten samen een belangrijke stap richting de heropening van een van de meest iconische musea van Nederland. Het college heeft het ontwerp aangeboden aan de gemeenteraad, waarmee het project de volgende fase in gaat.
Samen werken aan een toekomstbestendig Boijmans
Sinds de gemeenteraad in oktober 2024 instemde met de zogenoemde Ambitievariant voor de renovatie, hebben het museum, de ontwerpteams en de gemeente gewerkt aan de verdere uitwerking van het plan. Het nu afgeronde Definitieve Ontwerp (DO) laat zien hoe behoud van erfgoed en vernieuwing hand in hand kunnen gaan — en hoe het museum zich opnieuw opent naar de stad.
Robert Simons, wethouder Vastgoed en verantwoordelijk voor de renovatie: “We hebben er lang genoeg over gepraat — het is tijd om aan de slag te gaan. We maken een Rotterdams icoon nu echt gereed voor de toekomst, toegankelijker voor de Rotterdammers en voor bezoekers uit het hele land én daarbuiten.”
Saïd Kasmi, wethouder Cultuur: “De vernieuwing van Boijmans versterkt Rotterdam als culturele stad. Ik ben ontzettend trots op het prachtige ontwerp dat er ligt. De mooiste collectie van Europa krijgt straks een moderne topplek waar ze in al haar schoonheid te zien is. Midden in het bruisende culturele hart van de stad wordt Boijmans het nieuwe thuis waar Rotterdammers kunst kunnen beleven, zich laten verrassen en trots zijn op hun stad.”
Het ontwerp: verbinden, openen, behouden
Het Definitieve Ontwerp richt zich op de restauratie van de monumentale gebouwdelen van Van der Steur, Bodon en Henket, met respect voor hun eigen karakter. Tegelijkertijd ontstaat een nieuwe, centrale hoofdentree op souterrainniveau, waardoor bezoekers gastvrij worden ontvangen in het hart van het gebouw.
Binnen het ontwerp spelen vijf uitgangspunten een centrale rol:
Een gastvrije entree
Een verbeterde logistiek
Een verbeterde routing
Het in ere herstellen bouwdelen Van der Steur en Bodon (en Henket)
Het verbeteren van de verbinding van het museum met stad en Museumpark
Francine Houben, Mecanoo architecten: “In het ontwerp voor het nieuwe Boijmans Museum ensemble weerspiegelt zicht de ziel van Boijmans: een dialoog tussen verleden en toekomst. Een open en uitnodigend museum voor een breed publiek, waar daglicht, ruimte en beleving samenkomen, en waar de rijke collectie en prikkelende tentoonstellingen in volle glorie tot hun recht komen.”
Een open museum voor de stad
Het vernieuwde Boijmans wordt zichtbaar en toegankelijk vanaf het Museumpark, de Westersingel en de Museumtuin. De Beeldentuin en het Van Beuningen – de Vriese paviljoen worden publiek toegankelijk. Zo ontstaat een open museumlandschap waarin bezoekers, stad en kunst elkaar natuurlijk ontmoeten. Naast een sterkere verbinding met stad en park wordt ingezet op een verbeterd museaal klimaat.
Ina Klaasen, directeur Museum Boijmans Van Beuningen: “We kijken er enorm naar uit het museum weer open te kunnen stellen voor publiek. Het vernieuwde Museum Boijmans Van Beuningen is een iconische ontmoetingsplek met wereldwijde aantrekkingskracht: een plek waar men graag komt en terug blijft komen.”
Planning en financiële kaders
Het totale financiële kader blijft ongewijzigd op € 359,2 miljoen, waarvan maximaal € 89 miljoen afkomstig is uit externe bijdragen, waaronder de schenking van Stichting Droom & Daad.
De gemeenteraad bespreekt het voorstel tot vaststelling van het Definitieve Ontwerp en het uitvoeringskrediet op 4 december 2025. Na dat besluit volgen de aanbesteding van uitvoerende partijen tussen het eerste en derde kwartaal van 2026, de start van de realisatie tussen het derde kwartaal van 2026 en uiterlijk het eerste kwartaal van 2027, en de oplevering in 2029. Daarna volgt nog een periode van maximaal een jaar voor inrichting en voorbereiding op de heropening van het museum.
Reacties uitgeschakeld voor What the Hell Was I Thinking?
Met zijn droogkomische tekeningen, absurdistische installaties en scherpe observaties geeft de Britse kunstenaar David Shrigley (1968) een humoristische én kritische kijk op het leven en de kunstwereld. In de tentoonstelling What the Hell Was I Thinking?, vanaf zaterdag 13 december te zien in Kunsthal Rotterdam, richt Shrigley die blik voor het eerst nadrukkelijk op zichzelf en geeft hij bezoekers een kijkje in zijn hoofd. Hij voorziet de tentoonstelling van commentaar, met geestige observaties waarin hij zowel de maatschappij als zijn eigen werk kritisch onder de loep neemt. De tentoonstelling laat zien hoe hij terugblikt op eerder werk, ideeën opnieuw opvoert en ruimte geeft aan twijfel. Voor Shrigley is kunstenaarschap geen verheven genialiteit, maar een proces vol experiment en reflectie.
Voor Kunsthal Rotterdam brengt Shrigley een brede selectie van zijn eigenzinnige werken samen en presenteert die in nieuwe gedaanten. Vijftig tekeningen, speciaal gemaakt voor de tentoonstelling, tonen dieren, mensen en alledaagse situaties in Shrigleys kenmerkende satirische stijl. Daarnaast krijgt zijn wonderlijke universum vorm met een drie meter hoog, mechanisch bewegend naaktmodel en hoefijzers gesmeed uit meteoriet. Ook wordt voor het eerst een collectie van zijn opblaasbare sculpturen gezamenlijk gepresenteerd, waaronder het iconische Swan Thing, waarin de elegante zwaan verandert in een cartoonesk figuur.
De kunst van het mislukken
Speelsheid en zinloosheid komen samen in Fluff War, een arena die speciaal opnieuw in productie is genomen voor deze tentoonstelling. Hier gaan pluisjes elkaar te lijf en verliest competitie elke betekenis. Een ander voorbeeld is Topple the Anvil, een kermisachtig spel dat Shrigley in 2015 maakte voor Dismaland, het satirische pretpark van kunstenaar Banksy. Bezoekers worden uitgedaagd een zwaar aambeeld met een pingpongbal van een sokkel te stoten – een onmogelijke opgave die de draak steekt met verwachting en de humor van falen benadrukt.
De tentoonstelling belicht bovendien Shrigleys bijzondere relatie met zijn publiek. Een monumentale wand toont foto’s van fans die zijn tekeningen op hun huid hebben laten tatoeëren – een bewijs van de cultstatus die zijn werk tot ver buiten de kunstwereld heeft bereikt.
Het resultaat is Shrigley ten voeten uit: werk dat tegelijk aan het lachen maakt, ontregelt en tot nadenken stemt. Ontwikkeld in nauwe samenwerking met de kunstenaar en Stephen Friedman Gallery in Londen, laat What the Hell Was I Thinking? het volledige spectrum zien van Shrigley’s vlijmscherpe verbeeldingskracht.
Over de kunstenaar
David Shrigley (1968, VK) is een toonaangevende Britse kunstenaar die werkt in uiteenlopende media, waaronder tekenkunst, schilderkunst, sculptuur, installatie, fotografie, animatie en print. Zijn absurdistische en geestige stijl brengt hem internationale bekendheid. In 2020 ontving hij een OBE, een Britse ridderorde, voor zijn verdiensten voor de beeldende kunst. Voor de Fourth Plinth Commission op Trafalgar Square realiseerde hij in 2016 een zeven meter hoge bronzen hand met een duim omhoog. Drie jaar eerder werd hij genomineerd voor de prestigieuze Turner Prize. Shrigley presenteert zijn werk wereldwijd in solotentoonstellingen en zijn werk is opgenomen in belangrijke collecties, waaronder het Museum of Modern Art (New York), Tate Britain (Londen) en de National Gallery of Denmark (Kopenhagen).
Met dank aan Stephen Friedman Gallery, Galleri Nicolai Wallner, Anton Kern Gallery en Shrig Shop.
Reacties uitgeschakeld voor Automatisering is ‘the only way out’
In een markt die razendsnel verandert, is actueel inzicht essentieel voor ondernemers. Toch werken veel bedrijven nog met cijfers die weken of zelfs maanden oud zijn. “Dat is alsof je met een oude kaart een nieuwe route probeert te vinden,” zegt Cor Stapel, accountant en partner bij OAMKB Dordrecht. “Wij zorgen ervoor dat ondernemers altijd up-to-date zijn – elke dag opnieuw.”
OAMKB – voluit Online Administratie voor het Midden- en Kleinbedrijf – is een landelijk netwerk van inmiddels 50 kantoren. Het bedrijf ondersteunt ondernemers met online administratie, belastingadvies, accountantsverklaringen en strategisch bedrijfsadvies. Wat OAMKB uniek maakt, is de intensieve inzet op automatisering.
Doel: minimaal 90 procent geautomatiseerd
“Bij ons is 82 procent van alle boekingen volledig geautomatiseerd,” legt Stapel uit. “De doelstelling is om binnen een jaar op 90 procent te zitten. En dat is geen loze ambitie. We boeken zelfs complexe posten zoals leasecontracten volledig automatisch – met eenmalige instellingen die zich maandenlang herhalen.”
Dankzij de koppeling met kassasystemen, banksystemen, factuurherkenning en leveranciersportalen is er nauwelijks nog handwerk nodig. Daardoor kunnen ondernemers elke dag exact zien hoe hun bedrijf ervoor staat – tot op de laatste euro.
Realtime cijfers, realtime advies
De kracht van actuele data zit niet alleen in inzicht, maar ook in beter advies. Stapel: “We helpen onze klanten strategische keuzes te maken op basis van feiten, niet op onderbuikgevoel. Denk aan prijsaanpassingen, investeringsbeslissingen of het afsluiten van financieringen.”
Voor veel klanten fungeert OAMKB als een externe CFO. “Bij één klant verzorgen we alles: administratie, fiscale zaken én strategisch advies. En dat werkt. Deze klant begon als eenmanszaak, en runt nu 18 BV’s.”
Slimme techniek, menselijk contact
Hoewel automatisering centraal staat, blijft het persoonlijke contact cruciaal. “We zijn geen afstandelijke boekhouders,” benadrukt Stapel. “Juist doordat we zoveel automatiseren, hebben we méér tijd voor het gesprek met de klant.”
Bovendien houdt OAMKB de kennis op peil via landelijke samenwerking. Fiscalisten en accountants uit het netwerk delen actief hun expertise, volgen honderden uren training per jaar en hebben vaktechnisch overleg. “Zo vertalen we ook veranderende wet- en regelgeving snel door naar de praktijk.”
Klaar voor de toekomst
OAMKB heeft een duidelijke missie: het MKB ontzorgen én versterken. “Wij willen ondernemers bevrijden van administratieve rompslomp, zodat zij zich kunnen focussen op wat echt belangrijk is: waarde creëren,” aldus Stapel.
Met een snelle groei in aangesloten kantoren en een sterke focus op digitale transformatie wil OAMKB uitgroeien tot een top twintig-speler in de Nederlandse accountancysector.
De conclusie van Stapel is glashelder: “Automatisering is de enige weg vooruit. Personeel is schaars en tijd is kostbaar. Door te digitaliseren kunnen we betere dienstverlening leveren voor een eerlijke prijs. En dat maakt ons – én onze klanten – toekomstbestendig.”
Reacties uitgeschakeld voor Heb je als organisatie ooit behoefte gehad aan software op maat?
Je kunt terecht bij studenten aan de Universiteit Leiden onder LUdev! LUdev is een door studenten gerund initiatief, verbonden aan de Universiteit Leiden, waar laatstejaars bachelorstudenten Informatica, Data Science & AI, Bio-informatica en Informatica & Economie samenwerken aan softwareprojecten om praktische ervaring op te doen. Voor bedrijven is dit de ideale kans om innovatieve software-ideeën te verkennen, nieuwe perspectieven te ontvangen en mogelijk toekomstige werknemers te ontmoeten!
Van februari 2026 t/m juni 2026 zullen de teams van ongeveer zes laatstejaars informatica studenten met verschillende achtergronden aan de softwareprojecten gaan werken. Elk team besteedt ongeveer 500 uur aan het project, werkt samen met de organisatie via tweewekelijkse voortgangsmeetings (de Scrum-werkwijze toepassend) en krijgt begeleiding van masterstudenten en ervaren, academisch personeel om afstemming, kwaliteit en voortgang te waarborgen. De studenten hebben ervaring met talen zoals Python en C++, maar zijn ook instaat om snel nieuwe technologieën op te pakken.
Wij zoeken enthousiaste organisaties die willen samenwerken met studenten en enige begeleiding en expertise kunnen bieden. Projecten kunnen verschillende vormen aannemen, zoals data-visualisatieplatformen, webapplicaties, analytische platformen, of andere software-oplossingen die aansluiten bij jouw behoeften. Ter inspiratie kun je op onze portfoliowebsite voorbeelden van eerdere projecten vinden: https://portfolio.ludev.nl.
Het uiteindelijke doel is om met een projectidee te werken dat echte waarde heeft voor jouw organisatie. Het hoeft overigens nog niet volledig uitgewerkt te zijn; we denken graag mee.
Heb je al een projectidee? Dien dit dan rechtstreeks in via https://leidenuniv.eu.qualtrics.com/jfe/form/SV_5pUHqGchAwPnHoi, waarna wij persoonlijk contact met je opnemen om de details te bespreken. Wil je eerst meer informatie, of samen brainstormen over mogelijke projectideeën? Stuur dan een e-mail naar ludev@liacs.leidenuniv.nl en we nemen wij snel contact met je op.
Niet-commerciële projecten zijn gratis. Voor commerciële projecten werken we met een vaste prijs van €6.000,- (excl. BTW). Je zou dit kunnen zien als het betalen voor zes zelfstandige, deeltijdse studentenstages met daarbovenop de levering van een functioneel softwareproduct bij voltooiing.
Reacties uitgeschakeld voor A. Hak start innovatieve emissie-arme waterstofboring bij Koegras voor Liander
A.Hak zet een belangrijke stap in de energietransitie met de start van een bijzondere waterstofboring in Koegras. In opdracht van Liander starten wij in week 43 met de uitvoering van deze innovatieve gestuurde boring, waarmee we bijdragen aan de ontwikkeling van duurzame energie-infrastructuur.
De gestuurde boring heeft een lengte van 690 meter en een diameter van 40 cm. In deze boring wordt een HDPE mantelbuis met een diameter van 250mm aangebracht, waarin een middenspanningskabel wordt geïnstalleerd. Deze kabel is essentieel voor een betrouwbare energievoorziening in het projectgebied.
Een bijzonder aspect van dit project is de inzet van een 80 ton zware elektrische boormachine, die wordt gevoed door aggregaten aangedreven door waterstof. Hiermee wordt de boring emissie-arm uitgevoerd en zetten we een belangrijke stap richting duurzame uitvoering van ondergrondse infrastructuur.
Met het project Koegras onderstreept A.Hak opnieuw zijn rol als koploper in de aanleg van toekomstbestendige infrastructuur en zijn ambitie om actief bij te dragen aan de energietransitie – in nauwe samenwerking met opdrachtgevers zoals Liander. Op de projectwebsite https://www.liander.nl/koegras-helix staat meer informatie over het project.
Reacties uitgeschakeld voor Van bedrijfslocatie tot skyline
De Nederlandse vastgoedmarkt is continu in beweging en ondernemers staan voor de complexe uitdagingen van deze tijd, zoals duurzaamheid en de krapte op de woningmarkt. ABN AMRO positioneert zichzelf niet langer alleen als een traditionele financier, maar als een strategische partner die meedenkt met ondernemers om deze – en andere – uitdagingen te lijf te gaan. In een persoonlijk gesprek licht Thomas Drenth, Banker bij ABN AMRO Real Estate Large Accounts, de visie van de bank toe aan de hand van een voorbeeldproject.
Vraag 1: Wat is de rol van ABN AMRO Commercial Real Estate in de woningmarkt?
“Wij zien het als onze taak om verder te kijken dan alleen de cijfers. De woningmarkt staat voor grote uitdagingen: een tekort aan betaalbare woningen, de noodzaak van verduurzaming en de druk om wijken leefbaar en toekomstbestendig te maken. Als financier spelen wij daarin een sleutelrol. We denken mee in het totaalplaatje: niet alleen de financiering van stenen, maar ook de impact op de buurt, de bewoners en de langere termijn. Ons doel is om bestaande en nieuwe klanten optimaal te bedienen en te faciliteren in hun behoeftes, zodat zij goed gesteld staan om hun bijdrage te leveren aan een financieel gezonde vastgoedmarkt. Daarbij gaat het niet alleen om de financiële kaders, maar ook om bredere maatschappelijke aspecten: de menselijke maat, leefbaarheid en biodiversiteit. Dat laatste is nog vaak een ondergeschoven kindje, maar we vinden dat we er steeds meer oog voor moeten hebben.”
Vraag 2: ABN AMRO benadrukt duurzaamheid als speerpunt. Hoe komt dat tot uiting in jullie projecten?
“Duurzaamheid is voor ons geen bijzaak, maar het vertrekpunt. Wij stimuleren ontwikkelaars en beleggers om hun projecten energieneutraal, circulair en toekomstbestendig te maken. Alleen dan blijft vastgoed zijn waarde behouden.
Wij hanteren daarbij het motto: pragmatisch maar doeltreffend. In 2022 hebben we onze klimaatstrategie gepubliceerd, waarin we ons hebben gecommitteerd om in 2050 klimaatneutraal te zijn. Als interim doel hebben we voor 2030 een reductiedoelstelling vastgesteld van 35,7 kg CO2/m² – een daling van 46% ten opzichte van 2021. Daarbij gebruiken we de CRREM 1.5 NL scenario-benchmark als referentie.
In de praktijk betekent dit dat we, zodra we een portefeuille aangeboden krijgen, in ons due diligence-traject niet alleen kijken naar de financiële en onderliggende aspecten, maar ook nadrukkelijk naar duurzaamheid. Hoe presteren de objecten nu? Wat is de ambitie van de klant? Kunnen wij daar een steentje aan bijdragen? Welke afspraken zijn realistisch, en welke moeten we samen aanscherpen? Door die vragen structureel mee te nemen, zorgen we ervoor dat verduurzaming concreet en haalbaar wordt.”
Vraag 3: Wat maakt Binck City Park een voorbeeldproject?
“Blok 1 van Binck City Park is op drie vlakken een prachtig voorbeeldproject.
(1) Bijdrage aan betaalbaarheid: het project levert een substantiële bijdrage aan het tekort aan betaalbare woningen. Dat werd nog eens zichtbaar tijdens de inschrijving: elke woning kon wel tientallen keren worden verhuurd. Dat onderstreept hoe groot de behoefte is.
(2) Timing en vertrouwen: de financiering is in 2021 opgestart, net na COVID-19. Dat was een periode van onzekerheid, maar wij hebben toen bewust vertrouwen uitgesproken in het gebied, de ontwikkeling en de betrokken partijen. Het gaat om een grote ontwikkeling in een wijk die volop in transformatie is, waar voorzieningen nog beperkt aanwezig waren. Als bank hebben wij daar een voortrekkersrol willen pakken.
(3) Brede klantrelatie: we hebben een brede relatie met de klant en tijdens het structureren van de financiering hebben we nauw contact gehad, ook over bijvoorbeeld over het afdekken van rente en de daarbij passende structuren. Daarnaast hebben we andere bancaire producten ingezet om ervoor te zorgen dat het beheer optimaal gefaciliteerd wordt. Het laat zien dat we breder meedenken dan alleen de financiering zelf.”
Vraag 4: De woningmarkt en betaalbaarheid is een belangrijk thema. Hoe draagt ABN AMRO haar steentje bij aan het verminderen van de woningmarktproblematiek?
“Wij proberen op verschillende manieren bij te dragen aan het verminderen van de problemen op de woningmarkt:
(1) Bewust kijken naar het woningprogramma. Bij elk project letten we nadrukkelijk op de mix van woningen. Is er voldoende aanbod in het sociale- en middenhuursegment? Zijn de woningen toegankelijk voor een brede doelgroep? Als bank denken we nu eenmaal in termen van risico’s, en spreiding helpt risico’s te mitigeren. Naast die risicobenadering hebben we ook een intrinsieke motivatie: hoe breder de doelgroep die we kunnen bedienen, hoe waardevoller het project is. Bovendien is het voor onze portefeuille gezond om zoveel mogelijk betaalbare woningen toe te voegen.
(2) Sturing op portefeuilleniveau. We zorgen dat we voldoende financieringen verstrekken aan woningprojecten. Daar helpen de nieuwe richtlijnen van Basel IV ons ook bij. Banken hoeven voor woningen minder risicogewogen kapitaal (RWA) aan te houden. Dat maakt het voor ons mogelijk om klanten een aantrekkelijker rentetarief te bieden en meer impact te maken in dit segment.
(3) Alternatieve financieringsoplossingen. We kijken kritisch naar ons eigen beleid en zoeken naar producten die passen bij de huidige marktdynamiek. Een goed voorbeeld is de overbruggingsfinanciering voor ontwikkelingsprojecten. Bij koopwoningen zien we dat projecten vertragen omdat de vereiste voorverkoopdrempel niet wordt gehaald: particulieren willen of kunnen de dubbele lasten niet dragen. Met een overbruggingsfinanciering kunnen wij daar een oplossing voor bieden. Dat is een echte win-win-win: de ontwikkelaar wint, want zijn begroting is rond en hij kan profiteren van waardestijging door later te verkopen. De particulier wint, omdat hij later kan instappen en minder dubbele lasten heeft. En de markt wint, omdat er méér gebouwd wordt en duurzame woningen aan de voorraad worden toegevoegd.”
Vraag 5: Waarin onderscheidt ABN AMRO zich richting klanten?
“Wij willen meer zijn dan alleen een financier. We werken met een totaal klantbenadering: van ontwikkelaar tot belegger, van eerste schets tot langetermijnbeheer. Juist bij complexe projecten komen wij tot ons recht, omdat we graag meedenken in structuren, risico’s en oplossingen. Ons doel is altijd: samen bouwen aan waardevol vastgoed dat de stad vooruithelpt. Daarbij zoeken we steeds naar de balans tussen rendement en maatschappelijke waarde. Want een gezonde vastgoedmarkt kan niet zonder oog voor duurzaamheid, leefbaarheid en de menselijke maat.”
Afsluiter
Met projecten als Binck City Park laat ABN AMRO zien dat vastgoedfinanciering meer is dan geld beschikbaar stellen. Het gaat om visie, samenwerking en verantwoordelijkheid nemen. Zoals Thomas Drenth het samenvat: “Als wij goed meedenken met de klant, creëren we samen niet alleen mooie gebouwen, maar ook een duurzame toekomst voor de stad.”
Reacties uitgeschakeld voor Havenbedrijf Rotterdam presenteert Natuurvisie: op weg naar een natuurinclusieve haven
Havenbedrijf Rotterdam werkt toe naar een natuurinclusieve haven, waarin economische ontwikkeling hand in hand gaat met het herstel en behoud van natuur en biodiversiteit in de Rijn-Maasdelta. Dat toekomstbeeld presenteert Havenbedrijf Rotterdam in een nieuwe Natuurvisie voor de periode 2025 tot 2050.
De Natuurvisie is ontwikkeld in samenwerking met Naturalis Biodiversity Center en sluit aan bij de ambitie van het Havenbedrijf om een net positive haven te worden: een haven die onder de streep een positieve bijdrage levert aan de maatschappij en volledig in balans met de omgeving werkt.
De natuurkwaliteit staat wereldwijd onder steeds grotere druk, ook in Nederland. Havenbedrijf Rotterdam wil bijdragen aan de opgave voor biodiversiteitsherstel door de haven en haar omgeving beter te benutten voor natuur en biodiversiteit.
Natuur en biodiversiteit structureel in besluitvorming
De visie beschrijft hoe natuur en biodiversiteit structureel worden geïntegreerd in de organisatie, besluitvorming en projecten van het Havenbedrijf en worden bedrijven in de haven gestimuleerd om op hun eigen terrein maatregelen te nemen. Daarnaast wordt natuurinclusief werken de standaard bij nieuwe ontwikkelingen.
Een goed voorbeeld hiervan is het Emplacement Maasvlakte Zuid (EMZ), dat natuurinclusief wordt uitgevoerd met extra ruimte voor natuur. Er worden waterpartijen aangelegd met natuurvriendelijke oevers, typische duinvegetatie, paddenpoelen en broedpontons voor kwetsbare kustvogels. De inrichting van het EMZ kent daarmee elementen van zowel het kust- als duinlandschap.
Samen met partners werkt Havenbedrijf Rotterdam daarnaast actief aan het verbeteren van basiscondities zoals bodemkwaliteit, waterkwaliteit en het terugdringen van verstoringen voor de omgeving door licht, geluid en afval.
Maatschappelijke verantwoordelijkheid
Eric van der Schans, directeur Environmental Management bij het Havenbedrijf, vertelt: “Havenbedrijf Rotterdam voelt een verantwoordelijkheid om bij te dragen aan een betere leef- en werkomgeving voor iedereen in en om het havengebied. Herstel van natuur en biodiversiteit is hier een belangrijk onderdeel van.”
De Natuurvisie is geen reactie op regelgeving of vergunningseisen, maar komt voort uit de maatschappelijke verantwoordelijkheid die Havenbedrijf Rotterdam voelt. Van der Schans: “We doen dit niet om te voldoen aan regels, maar omdat we geloven dat een sterke economie en een gezonde natuur elkaar versterken. Met deze Natuurvisie geven we richting aan de manier waarop we onze rol willen invullen, zodat de Rotterdamse haven zich in balans met de omgeving kan blijven ontwikkelen.”
Diverse landschappen als leidraad
Het Rotterdamse havengebied is een belangrijke schakel in een veel groter gebied, waar de haven een duidelijke invloed op heeft en afhankelijk van is: de Rijn-Maasdelta. De Natuurvisie richt zich niet alleen op het havengebied, maar ook op die delta waar het onderdeel van uitmaakt. In dat gebied komen diverse ‘landschappen’ en zones voor, die veelal passen bij de karakteristieken van een rijk en complex systeem waar rivier en zee elkaar ontmoeten.
De Natuurvisie is opgebouwd rond negen karakteristieke landschappen in en rond de haven, waaronder het kustlandschap, duinlandschap en getijdenlandschap. Voor elk landschap hebben we onze inzet geformuleerd, zoals het creëren van rustgebieden voor trekvogels, het verbeteren van leefgebieden voor bestuivers, zoals wilde bijen en vlinders, en het versterken van ecologische verbindingen met de omgeving. Havenbedrijf Rotterdam werkt daarnaast nu al met ecologisch beheer in verschillende havengebieden.
De Natuurvisie kwam mede tot stand dankzij Naturalis Biodiversity Center, het Nederlandse onderzoeksinstituut voor biodiversiteit. “Natuur kan onze hulp goed gebruiken. Deze natuurvisie stuurt integraal op natuur-positiviteit in het havenbedrijf en haar netwerkpartners”, vertelt Koos Biesmeijer, Wetenschappelijk Directeur bij Naturalis Biodiversity Center. “Met deze natuurvisie wordt de haven een belangrijke plek voor de natuur en het havenbedrijf een katalysator van natuur-positieve actie in het Rotterdamse en hopelijk ver daar buiten.”
Samenwerking als sleutel
Havenbedrijf Rotterdam benadrukt dat samenwerking met overheden, maatschappelijke organisaties en bedrijven essentieel is om de ambities waar te maken. Buiten het havengebied wordt aangesloten bij bestaande initiatieven, zoals getijdenparken en natuurontwikkeling in de Noordzee. Dat kan via het Havenomgevingsfonds of gerichte bijdragen, als die projecten aansluiten bij de Natuurvisie.